De staatssecretaris van Defensie gaat een nieuw Memoranda of Understanding (MoU) aan met de partnerlanden binnen het F-35 programma. Deze overeenkomst staat bekend als de Production Sustainment and Follow-on Development Memorandum of Understanding (PSFD MoU) die de huidige vervangt. Daarin staan afspraken over het F-35 programma om de productie en de inzet van het F-35 jachtvliegtuig op doelmatige en doeltreffende wijze in te richten en over de financiële, contractuele en industriële verplichtingen. De Nederlandse industrie is sinds het begin betrokken bij het F-35 project. Het heeft zich verenigd in het NIFARP.
De aanleiding van deze nieuwe PSFD MoU was de schorsing van Turkije uit het F-35 programma door de Verenigde Staten, vanwege de verwerving van een Russisch S-400 luchtverdedigingssysteem. Ook worden in de nieuwe MoU de kostenplafonds van de individuele landen vastgesteld in lijn met de geactualiseerde schattingen. Vooral de kosten voor de doorontwikkeling van het F-35 platform zijn gestegen. In de doorontwikkeling worden gedurende de levensduur van het vliegtuig de capaciteiten van de F-35 continu verbeterd. Het veranderende dreigingsbeeld, inclusief de versterking van de capaciteiten van potentiële tegenstanders de afgelopen jaren, dragen bij aan de noodzakelijke verhoging van de doorontwikkelingskosten van het vijfde generatie vliegtuig, dat in een onverhoopt conflict overwicht moet kunnen blijven houden.
Nederland zet zich in voor de beheersbaarheid van de kosten en onderschrijft de recente internationale afspraken dat o.a. de nieuwe kostenplafonds voortaan leidend zijn voor de doorontwikkeling van de F-35. Ook de VS, het VK, Italië, Australië, Canada, Denemarken en Noorwegen hebben besloten zich gezamenlijk terug te trekken uit het bestaande MoU en een nieuwe versie te ondertekenen.