Als voorzitter van de stichting Nederlandse Industrie voor Defensie en Veiligheid (NIDV) wil Angelien Eijsink op zoek gaan naar de mens achter de industrie. “Veiligheid creëer je samen en gaat ons allemaal aan.”
Dit artikel komt uit het nieuwe NIDV-magazine dat nu online staat.
Tekst: Riekelt Pasterkamp
Eijsink volgde per 1 oktober Hans Hillen op, die na vier jaar zijn voorzitterschap neerlegde. “Het lijkt mij geweldig om bij te dragen aan de succesvolle samenwerking tussen overheid, bedrijven en kennisinstellingen van het Gouden Ecosysteem”, zegt ze. “Voor een veilige samenleving in een veilige wereld hebben we nu elkaar meer dan ooit nodig.”
Ze is geen vreemde in de wereld van rangen en uniformen. “Militairen zijn er voor onze veiligheid. Ze beschermen wat ons dierbaar is. Daar zijn we het over eens. We herdenken en vieren dat jaarlijks tijdens 4 en 5 mei. We houden ook ieder jaar Veteranendag. We vieren onze bevrijdingsfestivals. Het zijn wel militairen die ons die vrijheid brachten en brengen. De politie draagt bij dat we ons veilig op straat voelen. En de brandweer is onze onmisbare verzekering voor calamiteiten. Daarom zijn gesprekken over veiligheid niet vrijblijvend. We nemen het veel te veel voor lief. Vrijheid mag je ook wat waard zijn.”
“Onze mannen en vrouwen in uniform verdienen het beste materieel voor wat zij doen om ons als burgers te beschermen.” Als ik dan zie dat de 300 miljoen euro extra voor Defensie nodig is, zoals de Kamer zelf zegt, achterstanden in het onderhoud te verkleinen, dan is dat veel te weinig. Wat is veiligheid ons waard?”
School
“Als er verkiezingen zijn en er keuzes gemaakt moeten worden, dan zie je dat mensen bezig zijn met zaken direct om zich heen: met de school van hun kinderen of een waardige opvang van een oude moeder. Dat wordt gevoeld, gezien en beleefd.”
Ze komt met een actueel voorbeeld. “Het was ten tijde van de coronacrisis gewoon om te investeren in geneesmiddelen, in vaccins. Maar datzelfde zou moeten gelden voor veiligheid. Wapensystemen hebben een lange aanloop. Van ontwikkelen en ontwerpen tot ingebruikneming is een kwestie van jaren. In die zin moet het ook gewoon worden.”
“We moeten ons realiseren dat de Nederlandse defensiebegroting vast zit aan allerlei Europese samenwerkingsverbanden en internationale verplichtingen. Zo werkt de Landmacht op legerkorpsniveau al ruim 25 jaren nauw samen met het Duitse Heer. De marine werkt intensief samen met België. De luchtmacht is internationaal ingebed.
En de marechaussee werkt intensief samen in de European Gendarmerie Force. Onze krijgsmacht zal buiten de landsgrenzen nooit alleen worden ingezet. Dat gaat altijd in samenwerking met partners binnen de Europese Unie of de NAVO. Daarbij blijkt uit een enquête van februari 2021 dat de helft van de bevolking vindt dat Nederland de NAVO nodig heeft en een derde het militaire bondgenootschap ziet als een noodzakelijk kwaad.”
Jas
Het voorzitterschap van de NIDV zit Eijsink als een passende jas. “Het is een prachtige en nodige organisatie waar met een klein team heel veel werk wordt verzet. Het goud zijn onze 190 deelnemers;
ik heb ze allemaal even lief. We zijn er voor alle bedrijven, groot en klein, en voor de kennisinstellingen. Graag draag ik bij om voor onze bedrijven verdienvermogen te creëren, natuurlijk in nauwe samenwerking met onze klanten: de krijgsmacht, politie en brandweer.” Haar internationale netwerk komt ook goed van pas. “Ook NIDV-bedrijven moeten zich voorbereiden op de internationaliserende omgeving, waarvan het Europees Defensie Fonds een belangrijk speerpunt is.”
Ze is van plan veel op werkbezoek te gaan. “Afkomstig uit een ondernemersfamilie wil ik de werkvloer ruiken. Als Kamerlid was ik eens in de fabriek waar F-35-onderdelen worden geproduceerd die tot op de millimeter moeten passen. Ongekende hoge technologie. Die ambachtelijkheid is geweldig om te zien. We moeten dat meer uitventen, laten zien wat de Nederlandse industrie kan. Zo interesseer je ook jongeren om te kiezen voor een vak in deze sector. We hebben ze allemaal nodig, van vmbo’er tot universitair geschoolde.”
Het behoeft geen uitleg dat onderwijs één van haar speerpunten is. “We kunnen veel meer uitwisselen tussen onderwijs en bedrijfsleven. Nodig scholieren en studenten uit voor de NEDS, zet ze op de eerste rij, geef ze een rondleiding, laat ze genieten van de techniek. Die jongens en meiden zijn de volgende dag ambassadeurs op hun school. Het Gouden Ecosysteem kunnen we uitbreiden met een vierde poot. Naast overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen ook het onderwijs. Het gaat om de toekomst van ons land.”
Ruiken
Als voormalig docent kent Eijsink het onderwijs van binnenuit. “Het gebeurt op al die scholen. Net zo goed als in bedrijven, aan tafels, in hoofden. Dat moeten we bij elkaar brengen.” Het is haar opgevallen dat het binnen de NIDV al snel gaat over de tweede letter van de afkorting: industrie. “Terwijl er in die sector tienduizenden mensen werken.” Politiemensen, brandweermensen, militairen, vaklui. En voor hun werk, de derde en vierde letter van de NIDV, is geld nodig. Daar zit de sleutel. Als je mensen uitlegt dat er in een stad als Den Haag geld is om dertig branden per jaar te blussen, prima. Maar wat als jij de 31e bent? Dan komt binnen wat veiligheid betekent.”
Hard en hart
Drs. A. M. C. (Angelien) Eijsink was van 2003 tot 2017 lid van de Tweede Kamer voor de PvdA. In die veertien jaar voerde ze het woord over allerhande defensiezaken, maakte zich hard voor veteranen en oorlogsgetroffenen en zette haar tanden in dossiers als vredesmissies en de Joint Strike Fighter. Eijsink (Haaksbergen, 1960) komt uit een ondernemersgezin met elf kinderen. Na een loopbaan in het onderwijs was ze werkzaam bij het ministerie van Buitenlandse Zaken en belandde daarna in politiek Den Haag. Naast woordvoerder Defensie was ze voorzitter van de vaste Kamercommissie Buitenlandse Zaken en jarenlang actief in de NAVO parlementaire Assemblee. Collega-Kamerleden noemden haar “een van de best geïnformeerde Kamerleden”. Ze was “niet van de politieke spelletjes”. Defensie had en heeft haar hart.