Zeker 1.000 bedrijven in Nederland doen zaken met Defensie en de publieke veiligheidsdiensten, zo blijkt uit Berenschots onderzoek naar de sector over de periode 2019-2021. Deze diversiteit in het Gouden Ecosysteem staat echter onder druk, zo blijkt uit datzelfde rapport. Hoe dat te verhelpen?
Het rapport “De Nederlandse defensie- en veiligheidgerelateerde technologische industriële basis” (NL DTIB) is vandaag uitgebracht. Berenschot onderzocht de defensie- en veiligheidsector voor het Commissariaat Militaire Productie van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Nieuwe methodes geven andere inzichten in de sector dan voorgaande edities, maar bevestigen de fundamentele feiten: het gaat om gespecialiseerde wereldspelers met een exportgedreven vraag, hoge uitgaven en veel arbeidsplaatsen in R&D, en een breed scala van MKB-partijen waar defensie- en civiele activiteiten samen opgaan.
Berenschot stelt vast dat de Defensie Industrie Strategie (DIS) wordt gewaardeerd, maar zeker niet breed bekend is. Bedrijven geven aan dat de DIS concreter en specifieker moet worden. Het MKB is zeer kritisch over de ondersteuning van de overheid en de toegang tot projecten van defensie. Bedrijven geven aan dat minder papierwerk en een meer proactieve benadering van de overheid is gewenst. Met de gewenste versnelling in het leveren en de extra uitbreidingen van materieel, zal Defensie de termijnen moeten bekorten. Meer stimuleringsmaatregelen voor productinnovatie, meer informatie over inkooptrajecten die korter duren, een hogere score op kwaliteit i.p.v. prijs, én een betere koppeling van innovatie naar daadwerkelijke operatie, zijn enkele observaties van het uitstekend leesbare Berenschotonderzoek.
Voor de uitwerking van het rapport komt de brief van de minister van Economische Zaken en Klimaat (EZK) “Het verschil maken met strategisch en groen industriebeleid” van 6 juli jl. op een uitstekend moment. De brief heeft tot doel waarborgen te bieden voor economische veiligheid en open strategische autonomie. Terecht stelt minister Adriaansens dat de internationale concurrentieslag een inspanning vergt van de industrie én de overheid. Dat het kabinet daarom een actief industriebeleid gaat voeren, gericht op vergroening en ontwikkeling van de industrie, is meer dan welkom. Het kabinet ziet meer dan ooit in dat een vitale Nederlandse Defensiesector nodig is om onze eigen veiligheid te kunnen beschermen en een bijdrage te kunnen leveren aan de Europese veiligheid. De NIDV zal verder in gesprek gaan over de in de brief aangekondigde nadere uitwerking van de maatregelen, onder meer die uit de Defensie industrie Strategie (DIS). Terecht meldt de minister dat innovaties op het gebied van Defensie niet alleen een veiligheidswaarde hebben, maar ook een economische waarde door de spin-off en spill-overs die deze innovaties hebben naar andere sectoren.
De weg vooruit
Praten werkt, en is nodig. De bedrijven maken steeds beter gebruik van Industriële Participatie, handelsmissies en het Europees Defensiefonds. Maar dat kan beter. De minister van EZK laat zien dat ook de NL DTIB haar ernst is. De NIDV staat klaar om deze industriepolitiek voor de defensiesector verder vorm te geven